opdrachtgever: Schouwburg Noord
vormgeving: Zwerm Studio
tekst: Kip Copy
opdrachtgever: Schouwburg Noord
vormgeving: Zwerm
tekst: Kip Copy
(c) Buro Bonito
Bijen doen bijendingen, en ik maak muziek
Frank Vander Linden laat De Mens even thuis en gaat op solotournee. Niet omdat hij op muzikaal vlak niet blij is met zijn energieke, feestelijke rockband, wel omdat hij soms ook andere dingen doet. Zijn meest persoonlijke akoestische nummers schrijft hij thuis, in zijn eentje. “Een hele tijd geleden besloot ik om het bitterzoete niet tegen te houden: dat is wat ik doe, en misschien ook wel wie ik ben.”
Je soloconcerten zijn intiemer van sfeer dan deoptredens met De Mens. Bereik je er een ander publiek mee?
Door de jaren heen bouwden we met De Mens een divers publiek op: we hebben ons altijd vernieuwd, maar het oudere publiek bleef komen, ook naar de rockoptredens. Ik denk dus niet mijn solo-optredens een ander publiek aantrekt,wel dat mensen met andere verwachtingen komen luisteren. Die soloconcerten zijn tamelijk intens omdat er heel wat gevoelens beleefd worden. En dus probeer ik alles met enige humor te brengen - dat is gewoon mijn uitdrukkingsvorm. Ik wil graag zo menselijk mogelijk optreden (al klinkt dat nogal dwaas uit mijn mond).

Bij elk optreden heb ik het gevoel: het is deze avond, op deze plek. Dat hangt samen met het publiek, de klank van de zaal en hoe ze eruitziet, de stemming van het moment … En dat maakt het ook de moeite waard. De ervaring leert me dat een optreden een zeker ritme moet hebben. Snel en traag, licht en duisternis,zout en peper… Als het goed zit, dan ademt het.
Geef je jezelf wat meer bloot als je alleen op het podium staat?
Hopelijk gebeurt dat tijdens elk optreden wel wat. Ik denk dat het gezonder om je persoonlijkheid mee naar het podium te nemen, dan je podiumpersoonlijkheid mee naar je privéleven - waarmee ik meteen zeg dat die twee entiteiten niet volledig samenvallen.

Ik kan dat wel goed, muziek spelen. Maar ik ben geen Paco de Lucía op gitaar, of geen zanger zoals Helmut Lotti. En dus is het logisch dat ik niet mijn virtuositeit, maar mijn persoon presenteer. Daar trek ik nu al dertig jaarvolle zalen mee: I must be doing something right. Het is volgens mij de kunst om dankbaar te blijven. Niet uit valse bescheidenheid, het is eerder een filosofische houding. Ik heb de indruk dat ik mijn publiek avond na avond moet verdienen, en daar wil ik mijn best voor blijven doen. Omdat het me heel gelukkig maakt.

Een voordeel van alleen of in duo te spelen, is de vrijheid die je krijgt. De avond zelf kun je beslissen om een nieuw nummer te spelen, of er iets onverwachts tussen te gooien. Dat maakt het haalbaar om het een keer of zeventig te doen. Wat ik te bieden heb, ook met De Mens, is redelijk handgemaakt. Tijdens onze optredens gebruiken geen backing tracks of computer, en ik merk dat mensen dat waarderen. De muziek wordt vers voor hun neus bereid - als filet américain ‘préparé en salle’, zouden ze in Brussel zeggen.
Zijn er songs waarvan je weet: die moeten er gewoon bij?
Zeker. Ik speel een aantal nummers van De Mens, want een mix van het bekende en het totaal onbekende werkt heel goed. Die oude nummers speel ik nog altijd heel graag. Irene bijvoorbeeld: daar hangteen wolk van gedachten en gevoelens rond die heel veel mensen hadden op heel veel verschillende momenten. Speel je zo’n nummer, dan speel je dus ook met de herinnering van mensen. Dat is alweer iets om dankbaar voor te zijn.

Tijdens mijn tournee werk ik ook aan een nieuw solo-album. Vroeger maakte je een plaat en ging je dan op tournee om die te promoten. Bij jonge bands gaat het nog steeds zo, maar ik breng in deze fase inmijn muziekleven enkel nog platen uit als er een noodzaak is. Ik heb gemerkt dat het een goed idee is om mijn nummers tijdens een tournee in alle vrijheid uit te testen.
Schaaf je dan nog aan je liedjes?
Ja hoor! Je zou denken dat ik na dertig jaar wel weet hoe dat moet, muziek maken. En dat weet ik ook wel, maar pas aan het einde van het proces. Als ik bij De Mens een nieuw nummer breng, zie ik aan de gezichten van mijn bandleden meteen wat ze ervan vinden. Ook als ik solo componeer, vind ik het prettig om er anderen bij te betrekken. Door iets live te spelen bijvoorbeeld, of door snel een filmpje te posten op Instagram. Vroeger schaamde ik me er wel eens over: ik dacht dat ik maar beter kon overkomen als een kunstenaar die weet waar hij mee bezig is. Nu weet ik dat ik mijn beste dingen maak met feedback van anderen.
Je maakt muziek uit noodzaak, zeg je. Wat bedoel je daarmee?
Door de jaren heen heb ik geleerd dat bijen bijendingen doen, en beren berendingen. En ik doe wat ik doe. Zingen, gitaar spelen… dat is geweldig helend. Maar muziek schrijven uit noodzaak bedoel ik niet therapeutisch, want daar dient het niet voor - althans niet bij mij. Als je je hoofd over iets breekt, dan gebeurt het nog een beetje meer. Voor je gemoed is dat geen goede zaak. Muziek maken moet ik blijven doen tot ik doodga, om dezelfde reden dat ik elke dag moet opstaan. Ik kan het niet anders zeggen.  
Een interview van Lien Vanreusel voor Schouwburg Noord.  
portfolio